Forten als habitat

Forten als habitat

De fortengordels rond Antwerpen bestaat uit 36 forten en 12 schansen. De binnenste fortengordel ligt net ten zuiden en oosten van de stadskern van Antwerpen, de buitenste gordel is gelegen op 12 tot 18 kilometer van de stadskern en valt gedeeltelijk in Oost-Vlaanderen. De meeste forten zijn niet meer in militair gebruik maar hebben een natuur-, recreatieve of cultuurhistorische functie. Het gebied bestaat uit 19 forten en één schans, die gebouwd zijn van de 16de eeuw tot de Eerste Wereldoorlog. Toen de fortengordels hun militaire functie moesten opgeven, nam de natuur over. De vochtige, donkere en rustige fortgangen vol spleten en de oude bomen in de buurt vormen ideale verblijfplaatsen voor duizenden vleermuizen.

Elk fort bestaat meestal uit fortgebouwen met daarop een dikke laag grond met bos, heide en struiken, omgeven door een fortgracht. Vleermuizen gebruiken de forten met de omliggende bossen als overwinteringsplaats, zomerverblijfplaats, kraamkolonie en zwermplaats. De bosjes, houtkanten en fortgracht sluiten aan op een netwerk van kleine landschapselementen in de omgeving. Via die ‘wegen’ vinden vleermuizen de weg naar de parken, bossen en natuurgebieden in de ruime omgeving. De fortgrachten zijn ook het leefgebied van de zeldzame kleine modderkruiper en de kamsalamander.
In de forten zijn maatregelen nodig om de juiste temperatuur, vochtigheid en rust te garanderen voor vleermuizen. De opmaak van een zoneringsplan per fort schept duidelijkheid over de belangrijke zones voor vleermuizen. Een natuurbeheer van bos, hooiland en heide zorgt voor meer oude, holle bomen, planten en dieren. De aanplanting van houtkanten en bomenrijen in de omgeving moet een netwerk vormen waarlangs vleermuizen zich kunnen verplaatsen.

Antwerpse-Fortenkaart_fort_v5_lichtebalkjes_web
shadow

Bronnen: